Dag 3

Dag 3 van onze klim naar het dak van Afrika

Om 6u30 worden we door Sam verrast met koffie en thee aan de ingang van ons tentje. In de eettent volgt nadien een ontbijt met havermoutpap, eieren, worst en toast. Bij Carine is de eetlust echter nog niet teruggekomen. Ondanks aandringen van Erick neemt ze slechts een minimaal ontbijt. Vandaag zou een zware dag worden. Om verder te acclimatiseren trekken we van 3.800 meter hoogte naar de gigantische Lava Tower op 4.630, om dan weer af te dalen richting Great Barranco Valley op 3.960 meter. Met een totaal van 15 km en 8 uur wandelen op grote hoogte, zal onze fysieke conditie danig op de proef gesteld worden.

De dag kent een droge start. Na een kwartiertje stappen lijkt de hemel echter zo dreigend dat Erick aanraadt onze regenkleding aan te trekken. Rugzakken worden afgedekt en spullen die binnen handbereik lagen worden snel omgetast. Maar de wolken trekken over en we houden het droog. Nauwelijks een half uurtje na ons vertrek, onwaarschijnlijk snel, worden we ingehaald door onze dragers. In een mum van tijd hebben zij het kamp opgebroken en alles ingepakt.










Tijdens de voormiddag doorkruisen we het Shira-plateau, een uitgestrekte alpenwoestijn boven de vegetatiegrens, bedekt met lavarotsen. Het terrein is niet steil, maar na iedere geleidelijke helling volgt weer een andere. Het is een onvruchtbaar landschap waaraan geen einde lijkt te komen. De mooie vergezichten, waarvoor de Machame-route nochtans bekend staat, krijgen we jammer genoeg niet te zien. De hele ochtend verloopt onze wandeling doorheen het kale vulkanische landschap grotendeels in de mist.

Als ’s middags het wolkendek plots opentrekt worden we wel beloond met prachtige zichten op de zuidelijke gletsjers van Kibo. De zon verwarmt ons gezicht en zonnecrème en -bril worden bovengehaald. Vóór ons zien we de majestueuze met sneeuw bedekte top van de Kilimanjaro uitsteken. Kibo leek nog nooit zo dichtbij, alsof elke volgende stap ons dichter bij ons doel zal brengen. Maar Erick tempert meteen ons enthousiasme. Vanuit deze oostelijke kant is de beklimming enkel met klimijzers mogelijk. Wij zullen daarom in de volgende dagen de hele zuidkant van Kibo van west naar oost doorkruisen.





Net als de vorige dag vorderen we slechts langzaam en houden we vast aan het slakkentempo. We komen bij het punt waar de Machame-route samengaat met de Shira- en Lemosho-routes. Na een tijdje dagen de eerste sneeuwvlekken op. We zitten nu boven de vriesgrens en de overvloedige regen van de afgelopen nacht is er op deze hoogte als sneeuw uitgevallen. De trappentraining loont, de opgebouwde energievoorraad uit de royale porties rijst- en pasta ook. Bij Carine daarentegen begint het gebrek aan eetlust zijn tol te eisen. Ze lijkt verzwakt en staat geregeld voorovergebogen over haar wandelstokken. Daarbij komt nog dat de klim tot Lava Tower best pittig is.

Heel attent komen enkele dragers ons weer tegemoet om de rugzakken over te nemen. Aangekomen aan Lava Tower worden we overweldigd door de schoonheid van de site. De rotsmonoliet torent hoog boven ons uit en oogt indrukwekkend. Eronder hebben de dragers onze eettent geïnstalleerd; zelfs de toilettent hebben ze weer opgebouwd. We feliciteren elkaar met de bereikte hoogte en genieten van het moment. Iedereen is een beetje euforisch; niemand van ons had eerder deze hoogte te voet bereikt. Ik voel me opperbest. Er bekruipt mij zelfs de zin om de Lava Tower te beklimmen, maar daar gaat Erick niet op in.

Met Carine daarentegen gaat het van kwaad naar erger, na de aankomst moet ze braken. Het dringt nu echt door: de hoogteziekte heeft haar te pakken. Bij het checken van haar Camelback blijkt ze amper één liter water gedronken te hebben. Het is de bedoeling op deze hoogte een warme lunch te nemen en Sam komt al snel aandragen met kip, rijst, vegetarische saus en papaja. We krijgen royale porties opgediend, maar die van Carine blijven zo goed als onaangeroerd. Ze krijgt nauwelijks een hap binnen. Het is niet ongewoon dat klimmers ter hoogte van Lava Tower te maken krijgen met de symptomen van hoogteziekte: hoofdpijn, vermoeidheid, verminderde eetlust en misselijkheid. Lava Tower ligt met 4.630 meter op dezelfde hoogte als het basiskamp van waaruit we 3 dagen later de klim naar de top zullen wagen. Met deze acclimatisatieklim laten we onze lichamen alvast wennen aan de hoogte. We rekenen erop dat de hoogteziekte zal verdwijnen met de afdaling naar het volgende kamp.







Na de lunch starten we meteen aan de lange en steile afdaling in de vallei. Dat valt niet mee in de sneeuw. Dalen vergt merkelijk meer moeite dan stijgen. Ik ben blij met de wandelstokken die helpen om de druk op onze knieën te verlichten. Met Lava Tower aan de ene kant, en de besneeuwde top van Kibo aan de andere, wandelen we door een prachtig natuurkader. Even later duiken we terug onder de sneeuwgrens.









Regelmatig dalen we af tot bij riviertjes die gevoed worden door de hoger gelegen gletsjers. Daarna is het weer steil klimmen tot boven de groengrens. Na een tweetal uurtjes komen we in Great Barranco Valley. De inspanning van de dag laat zich voelen en er is nog een lange weg te gaan. Langzaam lopen we de vallei in, maar de bodem lijkt nauwelijks dichterbij te komen. 

De uitzichten om ons heen zijn adembenemend en doen de vermoeide benen weer vergeten. Dan komt het kamp zelf in zicht. Onder de Great Barranco Wall, die achter het kamp oprijst, staan onze tenten als kleine kleurrijke stippen in het ruige landschap. De kampplaats lijkt binnen handbereik, maar toch vraagt het nog twee uur wandelen.

We duiken terug onder de vegetatiegrens en ontdekken de vreemdste planten en bomen. Eerst gaat het om grondplanten, maar naarmate we afdalen in de vallei groeien de alpenplanten uit tot metershoge bomen. Kim legt uit hoe de vorm van de planten gericht is om maximaal waterreserves op te bouwen in droge periodes
 







Aan de afdaling lijkt geen einde te komen. Als we aankomen in Barranco Camp is het al half zes. Omwille van de sneeuw hebben we in totaal 10 uur gewandeld, twee uur langer dan voorzien. Alle vier zijn we behoorlijk uitgeput en zijn we blij dat we kunnen zitten. Dat geldt vooral voor Carine. Het was een lange en zware dag. De royale porties bij onze lunch zorgden voor voldoende energievoorraad. Door de hoogteziekte en het bijhorende verlies aan eetlust, was dat bij Carine niet het geval. Zij heeft dan ook behoorlijk uit haar reserves moeten putten. Tot overmaat van ramp had de afdaling niet het verhoopte effect. Bij aankomst in het kamp moet ze weer braken. Erick is zich bewust van de situatie en bezorgt haar extra medicatie.

 







Als avondmaal is er pasta met een overheerlijke saus en witte appelsienen. Ook dit keer is het weer niet aan Carine besteed. Vanuit onze tent hebben we zicht op de Barranco Wall. Ik kan de ruwe lijn zien van het pad dat we de volgende dag zullen volgen en besef dat we al onze energie nodig hebben om deze rotswand te overwinnen. Ik maak me dan ook zorgen om de toestand van Carine. Ik spreek er Erick over aan, maar hij spreekt zich niet uit over haar slaagkansen om de top te bereiken. Die avond trek ik mijn lessen uit de vorige koude nachten en vat de nacht aan in thermisch ondergoed, wandelbroek, fleece en joggingtrui met kap. De handschoenen hou ik binnen handbereik.